Er bestaan veel kerkelijke documenten waarin wordt gesproken over missie. Hieronder vindt u de belangrijkste.


Het Tweede Vaticaans Concilie

Aan het 2e Vaticaans Concilie, de kerkvergadering die met enige onderbrekingen van 1962 - 1965 plaatsvond, werd deelgenomen door een overweldigend aantal bisschoppen uit voormalige missiegebieden. Zij wilden een kerk die zich meer dan voorheen zou openstellen voor de problemen van de wereld. Zij vonden dat de kerk niet alleen zou spreken tot, maar ging denken vanuit en werken aan de wereld, vooral vanuit de wereld van arme mensen. Missionaire begrippen als medemenselijkheid, solidariteit en dialoog vinden hier hun oorsprong. Het Concilie heeft zich dan ook ernstig gebogen over de plaats, taak en missie van de kerk in de huidige (wereld)samenleving. Een belangrijk document met missionaire inhoud is de pastorale constitutie 'Gaudium et Spes' over de kerk in de wereld van deze tijd. 'Vreugde en hoop, verdriet en angst van de mensen van vandaag, vooral van de armen en van hen, die hoe ook, te lijden hebben, zijn evenzeer de vreugde en de hoop, het verdriet en de angst van de leerlingen van Christus: er is werkelijk niets bij mensen te vinden dat geen weerklank vindt in hun hart.'

Ad Gentes

Het Concilie gaf ook een speciaal document uit over missie. Het wordt meestal aangeduid met de beginwoorden 'Ad Gentes' (tot de volken gezonden). 'Missie is niets meer en niets anders dan de openbaring en de vervulling van het plan van God in de wereld en in haar geschiedenis, waarin God door de missie de geschiedenis van het heil zichtbaar voltooit.' Missie is in wezen niets meer en niet minder dan het meewerken aan de verbreiding van Gods heil. Dat is een opdracht, niet alleen voor professionals, missionarissen, maar voor de hele kerk, voor elke gelovige, elke priester, elke bisschop. De kerk is missie. Gezonden zijn hoort tot het wezen ervan! Het doel van die missie is het vestigen van nieuwe geloofsgemeenschappen, plaatselijke kerken. Jonge kerken kunnen en moeten vormgegeven worden naar de eigen aard en cultuur van elk volk. Wel moeten jonge en oude kerken samen elkaar, in dialoog, bijstaan bij hun gemeenschappelijke missieopdracht in de wereld.
Er is inzicht gekomen dat armen bij voorkeur de aandacht verdienen, dat solidariteit met de armen en met hen die gediscrimineerd, uitgesloten en onderdrukt worden, een basisbeginsel is voor missionair engagement. Er is groeiende aandacht en inzet voor ontmoeting, dialoog en samenwerking met leden van andere godsdiensten; de dialoog heeft burgerrecht verworven in het kerkelijk spreken over missie, in de missionaire praktijk en in de missiewetenschap. En er is een wereldwijd proces van uitwisseling en samenwerking tot stand gekomen tussen particuliere kerken op basis van wederkerigheid.

Nieuwe kansen en mogelijkheden

Maar voor missie liggen er in de 21ste eeuw ook nieuwe kansen en mogelijkheden. De militante atheïstische ideologieën hebben aan zeggingskracht ingeboet; landen en continenten openen hun grenzen; de wereldgemeenschap staat steeds meer open voor evangelische waarden als vrede, rechtvaardigheid, broederschap en zorg voor armen en uitgeslotenen; de betovering van een zielloze, economische en technische vooruitgang maakt plaats voor een zoektocht naar nieuwe vormen van zingeving, religiositeit en menselijke waarden. Die nieuwe kansen en mogelijkheden wachten op invulling. Er ligt een taak voor iedere gelovige.

Redemptoris Missio

In 1991 maakt de vorige paus Johannes Paulus 2 de balans op over hoe het staat met de missieopdracht van kerk en gelovigen. Dat doet hij in de encycliek 'Redemptoris Missio' (de zending van de verlosser) Er zijn een heleboel goede dingen op gang gekomen, aldus deze paus. Over de hele wereld zijn nu plaatselijke kerken met eigen bisschoppen en priesters. Ook leken, lekenbewegingen en -organisaties nemen hun verantwoordelijkheid. Velen onder hen zetten zich in voor de verkondiging van het evangelie en zijn missionair aanwezig en werkzaam op het terrein van de politiek, het sociale leven, de economie, op lokaal, nationaal en internationaal plan.

Deus Caritas Est

Ook paus Benedictus XVI heeft het in zijn eerste encycliek Deus Caritas Est over de missie, de zending van de kerk en gelovigen in de wereld van vandaag. Als gelovigen hebben we de opdracht, missie, om onze naaste lief te hebben en dat betekent in onze wereld zonder grenzen ook op te komen voor wereldwijde gerechtigheid. Katholieke ontwikkelingsorganisaties worden daarbij met name genoemd. 'Voor een betere ontwikkeling van de wereld is de gemeenschappelijke stem en de inzet van de christenen nodig opdat de rechten en noden van alle mensen geëerbiedigd worden, met name van de armen, de mensen zonder aanzien, de weerlozen.' Zo schrijft hij. Niet ideologieën - zoals socialistische idealen - moeten hen daarbij aansturen, maar de liefde die in hen is opgewekt door Christus. Dat is het 'programma van de barmhartige Samaritaan', het hart dat ziet. En schrijft paus Benedictus: Doe dat alsjeblieft zonder verborgen doelen. Probeer nooit de ander het geloof op te dringen. Laat de liefde zelf het werk doen en voor zichzelf spreken. Alleen zo kun je een geloofwaardige getuige van Christus worden.

Getuigen van de hoop die in ons leeft

Onder deze titel bracht de Nederlandse Bisschoppenconferentie met Pinksteren 2006 een nieuwe brief uit over missie. In de brief behandelen de bisschoppen zoals zij zeggen de contouren van missie in de 21ste eeuw, in Nederland vooral. Zij pleitten in hun schrieven voor een nieuw missionair elan. Meer hierover in het onderdeel 'missie in Nederland'.