Op 29 juni dit jaar 2008, werd in Steyl aan de Maas bij Tegelen missiezuster Hendrina Stenmanns (1852 - 1903) zaligverklaard. Samen met Arnold Janssen en Helena Stollenwerk stichtte zij in december 1889 in datzelfde Steyl de congregatie van de Missiezusters Dienaressen van de Heilige Geest. Missiezusters van Steyl, vanwege hun habijt ook wel 'de blauwe zusters' genoemd, zijn nu werkzaam in 44 landen.
Echt missionaris 'in den vreemde' is ze nooit geweest. Evenmin als degenen die met haar de congregatie van de missiezusters hebben gesticht, Janssen en Stollenwerk. Toch heeft ze haar hele leven maar één ding gewild: missiezuster, missionaris worden in dienst van de wereldkerk. Dat ging in het derde kwart van de negentiende eeuw niet zomaar.
De wereld is groot en de buitenwereld ver weg in het kleine dorp Issum, in Duitsland aan de Rijn, waar haar vader kleermaker is. Ze is de oudste en moet al vlug mee de kost verdienen. Thuisweefster wordt ze, zoals veel van haar dorpsgenootjes. Als vroeg heeft ze ook iets heel missionairs. Met wat ze bij rijken krijgt, als ze daar bij zieken waakt, helpt ze arme mensen vooruit die de touwtjes niet aan elkaar geknoopt krijgen. Ze wil het klooster in, maar is bang, dat dit niet zal lukken. Ze is immers maar klein van gestalte. Tot overmaat van ramp sterft, als ze 26 is, ook nog haar moeder. Hendrina kan niet meer weg. Ze krijgt er nog een taak bij.
Pas als een zus oud genoeg is om haar taken over te nemen, kan ze weer aan haar eigen toekomst denken. Via een kleermakersleerling van haar vader krijgt ze contact met het een paar jaar eerder in het Nederlandse Steyl gestichte huis, waar streekgenoot Arnold Jansen missionarissen uit Duitsland wil vormen. Ze vraagt hem in een brief haar als hulp in de huishouding van het missiehuis aan te nemen. 'Ik verlang niets anders, dan met de genade Gods de geringste te zijn en mij voor het werk van de verbreiding van het geloof ten offer te brengen'. Aldus de sollicitatiebrief.
En zo geschiedt.
Op 12 februari 1884 begint Hendrina, 32 jaar oud, haar werk als keukenhulp in Steyl. Ze treft er nog twee jonge vrouwen. Een van hen is Helena Stollenwerk. Hun dag begint om half vijf en eindigt gewoonlijk om kwart over negen 's avonds. Het Duitse missiehuis op Nederlandse bodem telt dan - tien jaar na de stichting - als zo'n 350 bewoners en er is in de keuken veel werk aan de winkel. Maar de keukenhulpen - het zijn er intussen vier - willen meer. Ze willen missionaris, missiezuster worden. Maar Arnold Janssen is nog niet zover. Hoewel hij wist hoe hard vrouwen nodig waren in de missielanden en al in de jaren 1883/1883 een regel schreef voor een zustercongregatie, schoof hij de door hem beoogde zustercongregatie op de lange baan. Hij had blijkbaar andere, belangrijker (!), hogere (!) zaken aan zijn hoofd.
In 1888 komt een en ander in een stroomversnelling. Als zich nog twee jonge vrouwen bij het groepje aansluiten wordt eind 1889 een oud klooster van de paters capucijnen in gebruik genomen. Op 8 december van dat jaar is de stichting van de Missiezusters van Steyl, Dienaressen van de Heilige Geest, een feit. De zes keukenhulpen worden officieel 'postulanten', kandidaten voor het religieus leven. Een jaar later zijn het er al tien! Helena Stollenwerk wordt hun overste, Hendrina Stenmanns haar rechterhand. Als op 17 januari 1892 de zusters plechtig hun (blauwe) kloosterkleed ontvangen, zijn het er al zeventien. Hendrina neemt als kloosternaam Josefa aan. In 1893 telt de nieuwe missiecongregatie als 30 leden, een paar jaar later is dat aantal zelfs verdrievoudigd.
Vanaf 1894 gaat dan zuster Josefa zich met materiële gang van zaken in het klooster bezighouden. Ook de vorming van de zusters heeft haar aandacht. Missiezusters, vindt ze, moeten van alle markten thuis zijn. Ze schrikt er niet voor terug ook zelf hamer en spijkers ter hand te nemen. Haar ervaring thuis in Issum komt haar nu goed te pas. Op hun eigen onderwijsopleiding zitten nu meer dan vijftig jonge vouwen. Veertig jaar oud, zit ook Hendrina Stenmanns weer in de schoolbanken. Om Spaans te leren. Ze hoopt als missiezuster naar Argentinië te mogen vertrekken.
In 1895 vertrekken de eerste vier Missiezusters van Steyl inderdaad naar Argentinië. Hendrina is er niet bij. In 1997 verterekken er zusters naar het West Afrikaanse Togo, in 1899 naar (Duits) Nieuw Guinea, in 1902 naar Amerika. Nog steeds zonder Hendrina Steegmans. In 1896 sticht Arnold Janssen een derde congregatie: Aanbiddingszusters die met hun gebed het missiewerk zullen gaan ondersteunen. Helena Stollenwerk wordt in 1998 hun overste, Hendrina neemt de leiding van de missiezusters op zich. Het zijn er dan bijna 140.
'Met Gods hulp gaat alles', is haar motto. 'God helpt als je zelf maar aanpakt!' Aangepakt heeft ze. Als missionaris uitgezonden worden is haar niet gegund. Vanaf 1902 bemoeilijken aanhoudende astma-aanvallen het ademen steeds meer. Gods adem, Gods geest ademt nu voor en in haar, zegt ze er zelf van. Na een lange lijdensweg blaast ze, op 20 mei 1903, haar laatste adem uit. De dienaressen - het zijn er dan al meer dan 300 - zijn nu aangewezen op de Heilige Geest.
Het grootste aantal zusters telde de congregatie in 1969, namelijk 4497. Nu zijn er in 45 landen ongeveer 3500 missiezusters, dienaressen van de Heilige Geest werkzaam. In 1969 waren dat nog vooral Europese (Duitse) zusters, nu is de groep uit Azië met ruim 1400 de grootste en dat aantal groeit nog steeds. Met 641 vormen de Indonesische zusters nu de grootste groep, terwijl India 345 en de Filippijnen 245 zusters leveren. Ze vormen er de (vrouwelijke) jeugd van kleuterschool tot universiteit.
Op 29 juni 2008 werd Hendrina Stenmanns in Steyl zalig verklaard. Helena Stollenwerk viel die eer al in 1995 te beurt, Arnold Janssen bracht het in de hemelse hiërarchie al verder; hij werd in 2003 heilig verklaard.
Meer informatie: www.missiezusters.org.
j.b.